Zolang, ik onrechtvaardigheid in daden
snikkend kan neerhalen
de verwarde geest van een jongeling
met tranen kan beschermen
een moeders hart in beschut gevoel kan bedaren
ik ruiters en doodgravers kan weren
door mijn armen in gelatenheid uit te spannen
mijn hoofd te buigen in vol vertrouwen
uit even liefdevol bedoeld wapengekletter
elke degenhouw slechts mijn buitenkant scheurt
in zelfde gestrektheid geen omhelzing schuw
Zolang, alle dagen
dalen uit zonverlicht blauw
en alles neerdaalt op de handen die ik hef
als door zeep geschuimde bellen
is mij alles gegeven en overheerst er niets
niets om te verzuimen noch te vergeven
zodat anderen mij en ik mijzelf kan vergeten
©daan
prevoo 27 april 2012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten