welkom

Welkom op mijn persoonlijke weblog. Met dit dagboek deel ik gedachten, meningen, ideeën, gebeurtenissen, dromen en daden met als enige doel lezers mee te nemen op een reis zonder eindbestemming.



maandag 14 februari 2011

In een samenleving vol angst kan geen geluk groeien

In welk perspectief hoort het groeiende gevoel van onbehagen thuis?  Ik ontmoet veel mensen en bespeur in de vele gesprekken een gevoel van angst, onzekerheid en onbehagen. Vaak ingegeven door verontrustende persoonlijke omstandigheden of de situatie waarin iemand bevindt.  Zowel vanuit mijn persoonlijk gevoel als mijn gemeenschaps-denken (politiek)  zoek ik naar een perspectief waarin ik dit gevoel kan plaatsen. De mensen om mij heen verlangen naar hoop, erkenning en zelfs troost. Het lijkt wel of de toekomst uitzichtloos is. Ik zou de mensen willen troosten met de woorden: “het komt goed”.  Maar weet tegelijkertijd dat deze woorden aan elke troostrijke gedachte hebben ingeboet. De angst die in onze samenleving wordt rondgestrooid door mensen als Geert Wilders verdient een weergaloos weerwoord of zelfs een weergaloze daad.  In Tunesië stak een marktkoopman zichzelf in brand en veroorzaakte een revolutie  waardoor dictator Ben Ali op de vlucht sloeg. In Egypte ontstaken jongeren het vrijheidsverlangen. In Nederland ontsteekt Geert Wilders in naam van vrijheid een vlam van haat. Hij misbruikt de intrinsieke waarde van het begrip vrijheid om angst en onvrijheid te prediken. Een opportune verkrachting van het woord  ‘vrijheid’ en alles wat het betekent.  Op 6 augustus 2010 overleed de Britse historicus Tony Judt. Judt was een groot denker over het politieke landschap waarin we leven. Zijn testament was de magistrale lezing in New York vlak voor zijn dood met de titel What Is Living And What Is Dead In Social Democracy? .  Judt zette in die lezing uiteen hoe de Westerse verzorgingsstaat het resultaat is van de verschrikkingen uit de vorige eeuw (1900-2000). De jaren na de Tweede Wereldoorlog waren immers doordrenkt van een breed gedragen besef dat een sociaal vangnet noodzakelijk is om herhaling van het oorlogsgeweld te voorkomen. Want Europa had aan den lijve de gewelddadige gevolgen ondervonden van ongelijkheid en onzekerheid in economisch barre tijden.
Historicus-Schrijver- Filosoof Tony Judt  1948 - 2010

Maar Judt zag hoe in de laatste decennia deze zorgvuldig opgebouwde voorzieningen razendsnel werden afgebroken. De sociaal-democratie ging aan zijn eigen succes ten onder. Want juist door de welvaart en de sociale rust is men vergeten wat er aan de basis ligt van dit sociale stelsel. Terwijl men vroeger dacht in termen van goed en kwaad, wordt alles nu gemeten in economische maten. Vandaag zijn we getuige van een verschraling van het politieke debat en een uitholling van de solidariteit. Dit is even betreurenswaardig als gevaarlijk.  En bovenal frustreerde het Judt dat de zondeval van het neoliberalisme niet leidde tot een wijdverspreide schreeuw om een nieuw soort samenleving. In zijn laatste publieke lezing pleitte Judt er daarom op een aangrijpende manier voor om nu meer dan ooit de sociaal-democratie te herdenken. De televisie-uitzending  ‘Het testament van Tony Judt’  in Tegenlicht (VPRO)  zien we cruciale passages uit Judts oproep om het algemene gevoel van onbehagen een halt toe te roepen. Tony Judts pleidooi klink door in drie portretten van hedendaagse verliezers van het door Judt gehekelde marktdenken: John Gerrits uit Sittard zag het buurthuis, waar hij dertig jaar sociaal werker was, verdwijnen omdat de gemeente met die grond liever winst maakte. Mark Goossens werkte ruim vijftien jaar in de Antwerpse Opel-fabriek, die in december definitief de deuren zal sluiten. En Laurent Giacomelli verloor zijn werk en zijn gezondheid als gevolg van de privatisering van France Telecom.  Drie portretten die tekenend zijn voor dat gevoel van onbehagen dat ons zo genadeloos afmat. Tegelijkertijd vraag ik me af hoe kan ik iedereen bereiken om deze boodschap te ontvangen. Wellicht dat dit artikel helpt.
 
Bekijk het volgende filmpje over solidariteit van de SP

maandag 7 februari 2011

Kopie of origineel?

De kunst van de herhaling of kopieerkunst lijkt steeds meer terrein te winnen. Steeds vaker zien we bij theatervoorstellingen, musicals,  muziek en televisieprogramma’s dat zich een herhaling van het voorafgaande afspeelt. In een haast rechtvaardigende term noemt men dat een ‘revival’ of maakt men gebruik van het voorvoegsel ‘neo’ zoals in het neoclassicisme. Tegenwoordig hoor je ook te term ‘old school’ als verwijzing naar het originele, de oorsprong. Met het laatste wordt vooral bedoeld dat het zo dicht mogelijk bij het oorspronkelijke is of het oorspronkelijke zelfs benaderd.  Een voorbeeld van kopieergedrag is bijvoorbeeld ‘Toon, de musical’. Toon Hermans ligt amper 10 jaar koud in zijn graf of er wordt een musical geproduceerd waarbij alle memorabele momenten van de uiterst originele cabaretier worden gekopieerd door een acteur die zijn uiterste best doet om Toon Hermans na te spelen. Meer is het dan ook niet dan naspelen. Het is op voorhand een onmogelijke opgave om een voorstelling neer te zetten die beter is dan het origineel. Ik vraag me dan ook af wie er naar zo’n voorstelling gaat kijken terwijl je het origineel kunt zien en beleven op een van de vele televisieregistraties en uitgebrachte cd’s en dvd’s?
 
 
- 3 originelen ? -

Waarom worden jongeren of talenten gestimuleerd deel te nemen aan een programma als the X-Factor of Voice of Holland door vooral reeds bekende artiesten te kopiëren. Men is blijkbaar niet langer op zoek naar origineel talent. Zit hier een louter commerciële bedoeling achter? Is  de opportune gedachte dat iets of iemand net zo (commercieel) succesvol zal zijn als het origineel? Ik vrees van wel. Zelden zie je nog iets origineels. Althans op het grote podium van de media. Het komt in verhouding ook nog maar zelden voor dat talenten via de nieuwe media worden ontdekt op basis van hun originaliteit. En als zich zo’n fenomeen via de nieuwe media, zoals You Tube, manifesteert dan springt de commercie er als wolven bovenop om het leeg te zuigen. Het lijkt er steeds meer op dat er amper programmamakers of producenten zijn die oog hebben voor originaliteit of authenticiteit en dat met een groot publiek willen delen. De echte pareltjes gaan niet eens voor de zwijnen.  En steeds vaker lijkt het er op wel dat er zowel in de muziekindustrie, de literaire wereld, filmwereld en in het theater op los gejat wordt. In een net woord heet dat plagiaat of de kunst van het kopiëren. Is hier dan iets mis mee? Ik ben van mening dat er wel degelijk iets mis mee is. Deze kopieerdrift doodt de vernieuwing, verblindt het oog voor talent en stimuleert de creatieve of artistieke geest nauwelijks tot het volgen van een eigen weg.  Het zet talenten eerder aan tot verwording van slappe aftreksels van een (succesvol) origineel. Er wordt zelf schouderophalend over gedaan. “beter goed gejat dan slecht bedacht”: rechtvaardigt men dan wuivend . Daarom is het zo belangrijk om broedplaatsen te hebben voor kunst, cultuur en creativiteit. Kweekvijvers van innovatief en vernieuwend talent. Ook de kunst- en cultuursector heeft tot taak zichzelf telkens weer opnieuw te bedenken en uit te vinden waarbij al het voorafgaande vooral  gebruikt mag worden als leerschool en vertrekpunt voor iets nieuws. De verschraling van het huidige cultuuraanbod en de vermenging met datgene wat ‘entertainment’ wordt genoemd neemt hand over hand toe.  Zogenaamde tributebands als Stahlzeit (Rammstein), Fight Footers (Foo Fighters) U2 The tribute (U2) of  Kiss On The Rocks (Kiss) schromen niet om muziek, uiterlijk en zelfs logo’s schaamteloos te kopiëren om mee te liften op het succes van het origineel. Als het bedoeld is als persiflage zie ik wel een rechtvaardiging, maar helaas is het meeste serieus bedoeld als artistieke meerwaarde.  Je moet er toch niet aan denken dat er straks mensen het podium betreden onder de naam Marry Hulish of Ramsey Nasrey. Het oogt voor mij als het afkluiven van de botten van het origineel.



dinsdag 1 februari 2011

Arabische Lente

Terwijl het gewone volk in Tunesië en Egypte in opstand komt tegen de jarenlange onderdrukking loert het Westen naar de gebeurtenissen. Haast angstvallig wordt gekeken naar de solidariteit tussen de jonge facebookers en oudere generaties, soldaten en burgers. Een angstvalligheid die haast in zweetlucht te proeven is in ons rijke westen. Lamgeslagen wachten wij de komende Provinciale Statenverkiezingen af. Gaat de rechtse regering VVD-CDA-PVV de ultieme macht grijpen door ook de baas te worden in de Eerste Kamer? Kan rechts de neerwaartse spiraal bedwingen of moet er iets onverwachts gebeuren  zoals in het Midden-Oosten? Of zijn we zo ver afgedwaald in ons streven naar materialisme en consumentisme dat we solidariteit niet meer begrijpen. Zijn we nog te ver weg van de verelendung? Wachten we totdat de situatie en leefomstandigheden van de gewone burgers zo verslechterd, verarmd en uitzichtloos zijn voordat we in opstand komen? Ik ben ervan overtuigd dat we in de laatste fase verkeren waarin we het tij nog kunnen keren. Leven we niet al in een tijd waarin de kloof tussen rijk en arm te groot is geworden. Een tijd die als het ware aan een zijden draadje hangt gesponnen uit opgepotte welvaart. We kunnen nog even wat hebben totdat ook dat klein beetje welvaart, welzijn en sociale zekerheid is opgedroogd. Zijn de meeste van ons niet al aangeschoten wild. De kosten rijzen de pan uit; zorgverzekeringen, brandstof, voeding, medicijnen, kinderopvang, energie. Hoe lang kan een gewone burger dit nog opbrengen. We zijn afgedreven van de echte waarden die we zouden kunnen dienen met al onze kennis en technologie. De kennis, kunde en inzichten die we in de loop der jaren hebben verkregen zouden toch probleemloos moeten kunnen worden ingezet voor het belang van iedereen. Het kan niet de bedoeling zijn dat dit gemeengoed enkel wordt gebruikt voor het streven naar winst, winstmaximalisatie en verrijking door een minderheid die de zorgen van het grootste deel van onze samenleving niet meer kunnen of willen zien. Het is niet meer uit te leggen! Wie legt een bijstandsgezin uit dat een betaald voetbalclub met miljoenen gemeenschapsgeld gered wordt. Of dat jongeren met een beperking geen uitkering meer verdienen en ook maar productief moeten worden. "Zij moeten maar werken voor hun geld!": is het credo van rechts. Wie zijn 'ZIJ'? De gehandicapten, de afgekeurde arbeiders, de 60 plussers, de bijstandsmoeders, de ontslagen postbodes, de kunstenaars, de ongeschoolden, de zorgvragers, de daklozen, de thuislozen, de schrijvers, de musici...




Wie bepaalt wie 'ZIJ' zijn? Het zijn de koningen die vergeten zijn hun volk te dienen. Je bentt geen koning als je niet dienstbaar wilt zijn aan je volk. Een echte koning stelt zich niet boven zijn volk maar strijdt voor het welzijn van zijn volk ook als zij een andere religie aanhangen, hun hoofd bedekken met keppeltje of hoofddoek, een andere huidskleur hebben of zelfs een andere taal spreken. In Tunesië en Egypte bloeit de Arabische lente. Bloemen van saamhorigheid en solidariteit bloeien op. Daders en slachtoffers strijden schouder aan schouder om de koning te verdrijven. En de koning.....hij kan de bloemen niet eens meer waarnemen. In het Westen zijn weer andere koningen, die niet veel verschillen van de Arabische, net zo arrogant, laf en angstig voor het gewone volk. Binnenkort breekt ook in het Westen de lente aan....zal het een Arabische lente worden?